Onterecht ontslag van schoonmaker
Een schoonmaker die statiegeldblikjes en -flesjes verzamelde uit vuilnisbakken op zijn werk, is ten onrechte op staande voet ontslagen door zijn werkgever, zo oordeelde de Rechtbank Amsterdam. Het schoonmaakbedrijf moet de man meer dan 35.000 euro schadevergoeding betalen.
Incident bij de opdrachtgever
De man, sinds 2013 in dienst van het schoonmaakbedrijf en vanaf eind 2022 als vaste schoonmaker bij een klant werkzaam, werd begin dit jaar betrapt door een beveiligingsmedewerker die op camerabeelden zag dat de schoonmaker lege verpakkingen meenam na zijn dienst. Tijdens een gesprek erkende de man dat hij dit weleens deed en gaf hij aan niet op de hoogte te zijn van het verbod. Hij had hiermee zo’n 35 euro verdiend en bood aan dit bedrag terug te betalen.
Rechtszaak en beslissing
Na zijn ontslag stapte de schoonmaker naar de rechter. Hij had inmiddels een nieuwe baan, maar vocht zijn ontslag aan. De kantonrechter stelde hem op verschillende punten in het gelijk en concludeerde dat het meenemen van de verpakkingen geen dringende reden was voor het ontslag. Bovendien was het bewijs van het zero tolerance beleid van de werkgever onvoldoende. De rechter benadrukte dat de man twaalf jaar lang goed had gewerkt en oordeelde dat het schoonmaakbedrijf ten onrechte de man op staande voet had ontslagen.

